In dit onderzoek hebben we gebruikgemaakt van meerdere databronnen:

• We hebben analyses uitgevoerd op data uit ons eigen Letsel Informatie Systeem (LIS) .
• Ook hebben we data geanalyseerd uit externe (internationale) registratiesystemen: The European Injury Data Base (IDB), het Rapid Alert System for dangerous non-food products (RAPEX) en de National Electronic Injury Surveillance Training System (NEISS). 
• Daarnaast hebben we desk research gedaan op basis van literatuuronderzoek en rapportages van consumentenorganisaties. 

Om deze resultaten te duiden en te prioriteren hebben we een expertsessie gehouden. 

Bij 45% van alle slachtoffers die in de periode 2014-2017 een SEH-afdeling van een LIS-ziekenhuis bezocht als gevolg van een privé, sport- of enkelzijdig fietsongeval, was er sprake van betrokkenheid van een consumentenproduct. In de IDB-database was dit 39% van alle geregistreerde SEH-bezoeken. Van de SEH-bezoeken waarbij een consumentenproduct betrokken was, waren vallen en contact met object de meest voorkomende letselmechanismen. De consumentenproducten die zowel in LIS als in de IDB vaak betrokken waren, waren speeltoestellen (met name het klimtoestel, glijbaan en trampoline), meubels (waaronder bed, stoel en bank), keukengereedschap en een bal. 

In LIS was het ook mogelijk om te kijken naar het aandeel van ernstig letsel per consumentenproduct. Hieruit blijkt dat het aandeel ernstig letsel sterk varieerde per consumentenproduct. In de top 30 kwamen met name veel boards voor (longboards, hoverboards, waveboards en snowboards) en kindgerelateerde consumentenproducten zoals de kinderstoel, commode en speeltoestellen. Het klimtoestel, de schommel, de huishoudtrap, de rollator en skeelers stonden zowel in de top 30 met meest voorkomende consumentenproducten als in het grootste aandeel ernstige letsels. 

Welke letsels door ongevallen met consumentenproducten zijn veroorzaakt door productfalen, is op basis van dit onderzoek niet goed aan te geven. Wel lijkt uit alle onderzochte bronnen naar voren te komen dat er vaak een combinatie van factoren in het spel is: productfalen, voorzienbaar en onvoorzienbaar gedrag.

Op basis van dit onderzoek ligt de prioriteit voor het bewaken/monitoren bij de volgende consumentenproducten: 

• klimtoestellen
• huishoudtrappen
• fiets(wiel)
• rages onder de jeugd (zoals alle boards) 
• elektrische (keuken/tuin) apparatuur

De risico’s van deze producten kunnen beter in kaart gebracht worden met een vervolgonderzoek (bijvoorbeeld het analyseren van de toedrachtsbeschrijvingen in LIS, een verdiepend literatuuronderzoek en/of onderzoek naar blootstelling aan het product). Een andere aanbeveling is om de rages onder de jeugd goed te monitoren. Daarnaast kan onderzoek naar de status van de bekendheid en vindbaarheid van terugroepacties/onveilige consumentenproducten in Nederland bijdragen aan een betere productveiligheid.

Meer toelichting en resultaten zijn te vinden in het rapport: