Met een autogordel om zit iedereen een stuk veiliger in de auto. Maar de gordels die we als volwassenen dragen, zijn niet geschikt voor kleine kinderen en baby’s. Daarom worden zij vervoerd in autostoeltjes. Sinds de invoering van het autostoeltje is de ernst van het letsel van kinderen bij een botsing afgenomen.
In de wet is vastgelegd dat een kind tot 135 cm verplicht in een goedgekeurd autostoeltje moet worden vervoerd. De meeste landen hebben dezelfde regels. Maar soms wijken de regels af. Zo moet je je kind in Duitsland tot 150 cm in een autostoel vervoeren. En in sommige landen mag je je kind tot een bepaalde leeftijd of lengte niet voorin vervoeren. In Nederland mag je je kind gewoon voorin vervoeren. De veiligste plek blijft de achterbank! Wil je je kind toch voorin vervoeren, schakel dan wel de airbag uit. Kinderen kunnen die met een harde klap tegen zich aan krijgen. Vervoer je je baby of peuter voorin met het gezicht naar achteren? Dan ben je verplicht om de airbag uit te schakelen. Als je de airbag niet kunt uitzetten, zet dan de bijrijdersstoel zo ver mogelijk naar achteren.
Wil je weten wat de regels zijn voor het vervoeren van kinderen in Duitsland, Frankrijk, Italië of andere landen? Bekijk dan de landeninformatie van de ANWB.
Autostoeltjes worden volgens een bepaalde regelgeving gekeurd. Pas na goedkeuring mogen ze verkocht worden. Deze regelgeving geldt voor alle Europese landen. Tot nu toe bestaat er nog de R44 regelgeving. Maar sinds 2013 is er een nieuwe regelgeving voor de keuring autostoeltjes; de i-Size (R129) norm.
Omdat autostoeltjes volgens de i-Size norm aan strengere eisen moeten voldoen, beschermen ze je kind beter en zijn ze gemakkelijker te bevestigen. We zetten de grootste veranderingen van de i-Size norm ten opzichte van de R44-norm voor je op een rij:
De R44 was ingedeeld in groepen en op basis van gewicht
De nieuwe regelgeving is op basis van lengte en het langer achteruit vervoeren van je kind
De nieuwe regelgeving (R129/i-Size) wordt in stappen ingevoerd en zal uiteindelijk de oude regelgeving (R44) vervangen.
2013: Sinds 2013 zijn er baby- en peuterstoeltjes op de markt die goedgekeurd zijn volgens de i-Size norm. Deze autostoeltjes zijn te gebruiken vanaf de geboorte tot kinderen met een lengte van 105 cm (ongeveer 4 jaar oud).
2018: Vanaf 2018 komen er ook kinderautostoelen op de markt die goedgekeurd zijn volgens de i-Size (R129) norm.
2019: Vanaf 2019 worden er geen autostoeltjes meer gemaakt die voldoen aan de R44 norm. Deze autostoelen zullen dus langzaam verdwijnen. Heb je een autostoel die voldoet aan R44? Deze mag je nog wel gewoon gebruiken. We adviseren echter om een autostoel te gebruiken die voldoet aan de nieuwe regelgeving.
Volgens de wet moet je kinderen tot 135 cm in een goedgekeurd autostoeltje vervoeren. Omdat dit in de praktijk niet altijd gaat, staan er in de wet een paar uitzonderingen. Deze uitzonderingen gaan over het vervoeren van kinderen in je eigen auto, in een andere auto, in de taxi en in de bus. De meeste van deze uitzonderingen gelden niet als je kind jonger dan 3 jaar is. Wij adviseren om kinderen wel altijd in een autostoel te vervoeren.
Uitzondering bij vervoer in je eigen auto
Uitzonderingen bij vervoer in andere auto’s Het kan gebeuren dat je kind in een auto van anderen meerijdt. Bijvoorbeeld bij de kinderopvang, school, de BSO of bij een uitstapje van de sportclub. Vanaf dat je kind drie jaar is, en het uitstapje niet wekelijks of maandelijks is, dan mogen anderen je kind zonder autostoel vervoeren.
In dit geval geldt verder ook:
Weet je van te voren dat je kind met iemand anders in de auto meerijdt, dan adviseren wij om altijd een autostoel te gebruiken. Dat is veiliger. Ook al is het een incidenteel en kort ritje.
Vervoer jij zelf soms andere kinderen? Dan hoeven ze wettelijk gezien dus ook niet in een autostoel. Ben jij de bestuurder van de auto? Dan moet je eigen kind wel altijd in een autostoel zitten.
Uitzondering taxivervoer
Uitzondering busvervoer In stads- of streekbussen die volgens een dienstregeling rijden én in bussen waar staanplaatsen zijn, is het dragen van gordels niet verplicht. Wettelijk is het dragen van een gordel in een touringcar wel verplicht. In oudere touringcars waar geen gordels in zitten (van voor 1995), hoef je ook geen gordel om.
Het toegestane aantal passagiers staat vermeld op de vergunning die in de touringcar aanwezig moet zijn, en is bepaald door het aantal zitplaatsen. Iedereen vanaf 4 jaar moet een eigen zitplaats hebben. Zitplaatsen mogen niet gedeeld worden. Kinderen onder de 4 jaar mogen ´los´ of bij iemand op schoot vervoerd worden, zij mogen de gordel niet delen.